Het werk van Britte Koolen (1994, Wouwse Plantage) kenmerkt zich door kleurrijke en geometrische vormen. Het zijn fysieke ordeningen van de ruimte om haar heen. Rood symboliseert voor Britte het rustpunt in een ruimte. Het is een element waarin ze zichzelf kan verliezen, een kleur die stilte biedt in een wereld vol ruis.
Stilte betekent voor Britte niet zozeer de afwezigheid van geluid, het is vooral een gevoel van rust en balans. Leegte is ook stilte en daarom weegt ze de composities van haar sculpturen nauwgezet af. Door haar geometrische vormen en felle kleuren op de juiste plek te plaatsen, maakt ze de leegte zichtbaar. Britte zegt: ‘Als er niks is, blijft het ook niks. Je moet je op de een of andere manier de leegte eigen maken.’ *1
In deze tentoonstelling toont Britte nieuw werk dat is gemaakt naar aanleiding van haar residenties bij Witte Rook in Breda en bij PADA in Lissabon. Ze verdiept zich verder in het thema stilte en experimenteert met gevonden materialen en keramiek. Speciaal voor de Spiegelzaal maakt Britte een tekening waarbij ze inspiratie put uit de repeterende elementen in de ruimte.