Van maandag 12 augustus tot en met zondag 6 oktober 2024 presenteert Willem Twee Kunstruimte de solotentoonstelling 'In Obliques' van kunstenaar Reinier Vrancken. De tentoonstelling is een artistieke en kritische reflectie op de diverse functies van de Kunstruimte op de eerste verdieping van de Willem Twee Fabriek. Met zijn monumentale interventie in de Kunstruimte legt Vrancken deze spanningen bloot. Aanvullend verschijnt er een tentoonstellingspublicatie met een tekstuele bijdrage van Timo Demollin. De publieke opening is op zaterdag 24 augustus van 16.00 tot 18.00.
De tentoonstellingsruimte op de eerste verdieping van de Willem Twee Fabriek bevat een reeks verborgen betekenissen. Waar spiegelen haar monumentaliteit en subtiliteit zich tegen elkaar af? Haar geschiedenis en haar diverse functies heden ten dag—als tentoonstellingsplek, maar ook als verkeersruimte voor aangrenzende werkplekken en vergaderruimtes—vormen het vertrekpunt voor de tentoonstelling van Reinier Vrancken. Bij wijze van artistieke interventie zijn alle 298 akoestische plafondpanelen gekanteld en komen daarbij in een hoek te hangen. Door een element van de bestaande site als vertrekpunt te nemen voor een subtiele doch grote ingreep nodigt Vrancken ons uit om de verschillende betekenissen die rondzingen in de Kunstruimte opnieuw te lezen.
De plafondpanelen hangen in een hoek van 14 graden. Vrancken, die in zijn praktijk voortdurend beeld en taal tegen elkaar uitspeelt, ontleent deze oriëntatie aan het schuingedrukte schrift, ook wel cursief of obliek genoemd. In de typografie wordt het cursief gebruikt om nadruk te leggen of contrast te geven, in de meeste gevallen voor een contextverschil. De letters leunen naar het einde van de zin, of naar het begin van de volgende en vergroten zo het belang van bepaalde woorden zonder letterlijke uitleg te geven. Het is de dubbelzinnige tegenhanger van letterlijke explicatie. Er wordt naar iets gewezen, maar het wordt niet opnieuw uitgesproken.
Vrancken wijst met zijn ingreep naar de onderlinge verhoudingen in de ruimte. Ter uitnodiging van nieuwe betekenissen beoogt hij deze, met de nieuwe hoek van de panelen als betekenaar, te herschikken. Zowel in beeld als in karakter rijmt het beeld van een schuin gehangen paneel met dat van een guillotine. Hun proporties en afmetingen lijken op die van het valmes. Ook kruisen hun connotaties gerelateerd aan geluid, of eerder het gebrek daaraan. De panelen absorberen geluid en de guillotine staat bekend om zijn geruisloze val. Het ene maakt geen geluid, het ander maakt geengeluid, alludeert Vrancken al spelend met de taal.
Het schijnt dat het beste kapsel om te dragen tijdens kantoorwerk een hoge knot is. De blote nek vertoont een gelijkenis met het coiffure á la victime: het haar kortgeknipt in de nek, op de plek van de snede van het mes. Dit kapsel werd tijdens de Franse Revolutie gedragen door mensen die uit solidariteit met de slachtoffers van de guillotine in diens taal wilden spreken: stilte.
Op verzoek van Vrancken is aan de plaatsing van de panelen niets veranderd. Zoals oorspronkelijk omcirkelen ze, als een gordijn van stilte, de ruimte voor kunst in het midden. Een groot deel ervan hangt boven de in 2021 toegevoegde werkplekken. Sinds hun introductie zijn deze werkplekken van elke tentoonstelling onderdeel geworden, al dan niet medebepalend. Soms harmonieus, soms conflicterend. Door het letterlijk omcirkelde figuurlijk te omcirkelen, benadrukt Vrancken deze wrijving in het bijzonder.
Zoals kenmerkend voor zijn praktijk, beweegt Vrancken zich zijdelings. Hij ontdekt door het leggen van schuine verbindingen—vaak gekenmerkt door hun poëtische sprong—onderliggende verwantschappen tussen onderwerpen die aanvankelijk onsamenhangend lijken. Deze verbindingen krijgen in zijn kunstwerken vrij baan wanneer hij door middel van overwogen handelingen zoals opdelen, herschikken en ontmantelen zijn onderwerpen poreus maakt. In Obliques getuigt van de vanzelfsprekendheid van Vranckens spel, dat zowel aan het maken van het werk als het situeren ervan ten grondslag ligt. Eerder begaf hij zich als kunstenaar al in ruimtes die vaak te snel als tweederangs worden beschouwd zoals nissen, voetnoten, bijlages, zaalgidsen, uitnodigingen en gastenboeken. In Willem Twee Kunstruimte situeert hij zijn werk boven de werkplekken in plaats van in de kunstruimte. De plek waar normaliter de kunst getoond wordt, blijft leeg. Door buiten de grenzen van de kunstruimte te stappen, benadrukt Vrancken de condities van de Kunstruimte zelf—en de invloed die het uitoefent op de kunst in kwestie—op een onderliggend niveau. Door uitsluitend vanuit de periferie te opereren, toont hij zonder iets toe te voegen de tentoonstellingsruimte zelf, omcirkeld zonder pen.
Reinier Vrancken (1992) woont en werkt in Rotterdam. In 2023 was hij artist-in-residence bij WIELS (Brussel, BE). Solotentoonstellingen vonden plaats bij onder andere P/////AKT (Amsterdam, NL), B09K, (Changsha, CN), Marwan (Amsterdam, NL) en Komplot (Brussel, BE). In duo- en groepstentoonstellingen was zijn werk te zien bij onder andere Magma Maria (Offenbach am Main, DU), SB34—The Pool (Brussel, BE), Rib (Rotterdam, NL), Art Rotterdam (Rotterdam, NL), Tique (Antwerpen, BE), Shimmer (Rotterdam, NL), Museum van Bommel van Dam (Venlo, NL) en Marres, Huis voor Hedendaagse Cultuur (Maastricht, NL).
Tentoonstellingsfoto's door LNDW Studio.